Onderdak voor vriend en vijand
4 mei 2015 door Mariet Arentsen
Wie hielp je en wie niet in de Tweede Wereldoorlog? Wat doe je als je een Duitser ingekwartierd krijgt en zet je je leven op het spel voor een ander? Voor Lammers niet echt een keus, maar handelen naar eer en geweten.
Tussen de papieren en foto’s van mijn overleden moeder, Barbera Arentsen - Lammers, kwamen we ook een handgeschreven tekst en brief tegen van haar broer Arie over een wonderlijk verhaal dat de familie Lammers uit Heerde heeft meegemaakt tijdens de Tweede Wereldoorlog. (Op de foto rechts de familie Lammers tijdens de Tweede Wereldoorlog)
Het zal, denk ik, omstreeks augustus/september 1941 zijn geweest, dat de heer Krammer uit Zwolle bij ons kwam vluchten. De Duitse Sicherheitsdienst was begonnen met razzia’s onder de Joden in Zwolle en Krammer was daar ternauwernood aan ontkomen. Mijn zus Bab in Zwolle had tegen hem gezegd, dat onze ouders in Heerde hem altijd zouden helpen als hij in moeilijkheden zou komen.
"Wat heb je dan gedaan?"
- "Niets, het is alleen omdat ik Jood ben."
Toen ik ’s avonds van het werk kwam was vader nog in de werkplaats bezig en zei dat ik eens in de kamer moest kijken. In de kamer zat Krammer, in de donkere hoek achter het orgel. Hij was nog angstig vanwege de razzia. Ik vroeg hem: “Wat heb je dan gedaan?" "Niets,” zei hij, “het is alleen omdat ik een Jood ben”. Nou, dan breekt je de klomp. We hadden wel eens wat gelezen en gehoord, maar dat ging altijd langs je heen.
Krammer vroeg: “Hebben jullie geen adres buiten het dorp, waar ik veilig ben?”Nu was weken geleden vader bij Gerrit de Brake geweest en die had toen gezegd: “Als ik ergens mee kan helpen, wat tegen de Moffen is, kom dan maar bij me". Toen ik tegen vader zei: "Hij durft niet bij ons te blijven, hij is zo bang”, zei vader: "Ga dan maar eens naar de Brake en vertel hem alles en vraag of hij zijn woord nog gestand doet.“
Nu, bij de Brake was direct alles goed. "Laat hem maar komen, het is een zoon van Gods volk.”
’s Avonds toen het donker was heb ik Krammer langs binnenweggetjes naar de Brake gebracht.
"Ik haal het nooit"
Enkele dagen na die razzia heb ik in Zwolle van mevrouw Krammer kleding voor Krammer opgehaald.
De Brake had een moderne radio en kon de hele dag het nieuws goed volgen. Krammer was pessimistisch en zei: “Ik haal het nooit."
Langzaam aan wisten meer Joden het adres van de Brake te vinden. In het voorjaar van 1943 was Krammer samen met mevrouw de Brake zo dom om ons op te zoeken en nog wel over de hoofdweg. Moeder had al eerder gezegd dat we moesten waarschuwen, dat Krammer te onvoorzichtig werd. In het dorp hielden Buiink en Hartman - beiden politie - controle op persoonsbewijzen en arresteerden Krammer.
Geboeid als een wild dier
We hoorden het pas de volgende dag. Tegen 1 uur werd Krammer door de politie per trein naar Arnhem gebracht. Op het station liet Krammer mij zijn polsen zien en zei: "Ze hebben mij geboeid als een wild dier." De Brake werd ook opgehaald en naar de Sicherheitsdienst in Arnhem gebracht. ’s Avonds, toen het donker was, kwam de politie vader vertellen wat ze in Arnhem gehoord hadden, zodat hij wist nu aan de beurt te zijn.
Toen ze weg waren zei vader tegen moeder: "Maak het koffertje maar klaar, want ik ga morgenvroeg naar Arnhem. Ik schrok ervan en zei: ”Ben je nu helemaal gek, je weet dat je niet terugkomt. Onderduiken is het enige dat je doen kunt.“
Zo ging het de hele avond door, op het laatst begon het vader te vervelen. hij zei: "Als ik zo laf zou zijn om onder te duiken en als dan na de bevrijding Gerrit de Brake er niet meer zou zijn, dan is voor mij het leven ook niets meer.”
Gastvrij voor vriend en vijand
’s Nachts kwam er niet veel van slapen en de volgende morgen vertrok vader naar het station. Toen hij de deur uitging gaf moeder hem een brief mee, die we een tijd daarvoor hadden ontvangen van een Duitse officier, die een tijdje bij ons ingekwartierd was. Die schreef vanaf het Oostfront in Rusland en hij bedankte ons voor de genoten gastvrijheid.
"Zoals je ook zou doen als het je eigen jongen was."
In de loop van de oorlog hebben we verplichte inkwartiering gehad van de Duitsers. Van die ene, Werner Swenson, hebben we een brief gehad. De laatste dag dat hij hier was moest hij vroeg op. Moeder heeft de tafel gedekt en samen met vader het ontbijt, koffie en brood klaargemaakt. “Zoals je ook zou doen als het je eigen jongen was”, zei vader.
Vader voelde er niet veel voor, die brief mee te nemen, maar moeder hield aan en dus nam hij de brief mee.
Het gebouw van de Sicherheitsdienst in Arnhem was het vroegere kantoorgebouw van de PGEM. Daar vonden de verhoren plaats, ook van in die nacht gearresteerde mensen. Toen was vader aan de beurt, die zichzelf kwam aangeven.
De Duitsers achter de groene tafel zeiden: “Lammers, hier heb je het procesverbaal. Lees het maar en zet je handtekening er dan onder.” Vader las het procesverbaal, waarin tot in de finesses beschreven was, hoe Krammer bij de families Lammers en de Brake opgevangen was enz. Er stond ook in, dat de familie Lammers Duits-vijandig gezind was enz. Dat sloeg dan zeker op het feit, dat wij nooit iets gaven voor de Winterhulp, wanneer de vrouw van de politie Buiink collecteerde. Vader begreep dat hij het procesverbaal niet moest ondertekenen en vertelde, dat het vals opgemaakt was en dat wij helemaal niet Duits-vijandig gezind waren.
Hij haalde de brief van Werner Swenson tevoorschijn, geschreven aan het Oostfront. Alle Duitsers en de typistes stonden in een kring die brief te lezen. En toen moest vader aan een typiste opgeven, hoe dat procesverbaal dan moest zijn. Daarna tekende vader het en zeiden de Duitsers dat hij vrij was en mocht gaan. “Nee,” zei Vader, “ik ben hier niet voor mezelf gekomen, maar voor de Brake. Die man is door mijn schuld in deze ellendige toestand gebracht. Die man is een Christen en helpt iedereen. Als u vanavond bij hem aanklopt, krijgt u te eten en een nachtverblijf. Enz. enz. Vader was daarna overtuigd, dat Gerrit de Brake vrij zou komen, gezien de houding van de Duitsers.
Hij ging rechtop in z'n stoel zitten en zei:
"Dan schiet je me maar dood."
Na zijn pleidooi voor de Brake werd vader uitgeleide gedaan door een Duitser, die alle deuren voor hem openhield. Daarna werd Gerrit de Brake uit de "Koepel” opgehaald en door de Duitsers opnieuw ondervraagd. Ze zeiden: “Lammers heeft dit en dat verklaard” waarop de Brake, die Lammers er buiten wilde houden, zei: “Lammers weet nergens van, ik ken alle Joden in Zwolle, enz…… Waarop een Duitser zei: ” Man, ben jij een Christen, je zit hier te liegen, we kunnen je wel doodschieten.“ Waarop de Brake rechtop in de stoel ging zitten en zei: "Dan schiet je me maar dood.” “Kerel, maak dat je wegkomt,” zeiden de Duitsers, maar de Brake zei: “Jullie hebt me gehaald, nu moet je me ook maar terugbrengen; ik heb geen geld voor de terugreis.”
’s Avonds half zeven was vader weer terug en vertelde hoe het gegaan was. Ik vroeg of hij niet bang was geweest en vader zei: “Eerst was ik zo bang, maar toen ik voor die Duitsers aan tafel zat werd alle angst weggenomen en zat ik er niet alleen." Om half tien kwam de volgende trein uit Apeldoorn, vader zei: "Daarmee komt de Brake terug” en dat was ook zo.
Drie maanden later kreeg mevrouw Krammer uit Mauthausen bericht. Haar man was op de vlucht neergeschoten.
(Vertaalde tekst van de brief van Werner Swenson)
In het Oosten 26 nov.1941
Waarde familie Lammers,
Uit het verre Rusland zend ik u hiermee in beste gezondheid de hartelijke groeten.
U zult zeker al lang op een levensteken van mij gewacht hebben.
Omdat onze afdeling tot Stellingoorlog overgegaan is, wil ik die tijd meteen benutten en u schrijven.
Gedurende onze tijd hier in Rusland hebben we veel gezien en beleefd.
Over het arbeidersparadijs zijn we allemaal zwaar teleurgesteld.
We danken de Almachtige, dat we voor de civilisatie door de bolsjewisten bewaard gebleven zijn.
Wij zullen in ieder geval allen blij zijn, wanneer we dit “Paradijs” achter ons hebben.
Ik denk nog graag aan die mooie tijd in Holland terug en dank u achteraf nogmaals voor de bewezen gastvriendschap.
Hopelijk is bij U alles nog goed. Hiermee wil ik voor heden besluiten.
In de hoop, dat we spoedig de overwinning zullen behalen, verblijf ik met de hartelijke groeten
Uw Werner Swenson
Lees ook het blog over de Tweede Wereldoorlog: "En toen viel de bom..."
Remembr. blogt regelmatig over levensverhalen van overleden dierbaren. Op de hoogte blijven? Abonneer je dan hier.